Je beseft pas hoe lang het geleden is dat je met de hand hebt geschreven wanneer je een examen aflegt. Na een paar uur zie je rondom jou de een na de ander met zān polsen draaien. Toch is dat niet altijd het geval: heel wat examens in het hoger onderwijs zijn namelijk mondeling.
Een mondeling examen is, de naam zegt het zelf, een test aan de hand van een gesprek tussen jou en de professor. Doorgaans moet je een aantal open vragen beantwoorden, die je ter plekke te horen krijgt en na je kort even met pen en papier voor te bereiden mondeling moet beantwoorden. In vergelijking met een schriftelijk examen is de totale duur dus best kort: reken op maximaal een half uur gesprekstijd met de prof.
Dat gesprek wordt zoals gezegd meestal voorafgegaan door voorbereidingstijd. Die is beperkt, en gebruik je dus best zo efficiƫnt mogelijk. Dat doe je door je antwoord neer te schrijven in kernwoorden of in een schema, niet in volzinnen. De prof gaat jouw voorbereiding namelijk niet helemaal lezen, maar zal je punten geven op wat je vertelt. Op een mondeling examen is het dan ook zeer belangrijk dat er structuur zit in wat je vertelt. Je kan het eigenlijk een beetje vergelijken met het geven van een korte presentatie over het onderwerp. Ga daarom niet alles aflezen van je voorbereiding maar breng een helder verhaal waarin je de belangrijkste dingen verteld, en die eventueel toelicht met enkele korte voorbeelden of toepassingen.
Bij open vragen kan je altijd meer vertellen als je meer weet. In plaats van enkel Ć©Ć©n antwoord te geven kan je ook proberen de link te leggen met andere hoofdstukken of een modern voorbeeld geven dat niet in het handboek stond. Geef de uitleg in je eigen woorden en laat zien dat je het bredere plaatje begrijpt. Je zal zien dat de prof meteen onder de indruk is als je meer doet dan als een papegaai navertellen wat er in je cursus staat.
Hou er rekening mee dat je prof tijdens het gesprek nog een aantal bijvragen kan stellen. Denk ook hier tijdens je voorbereiding al eens over na zodat je niet met je mond vol tanden staat. Weet je toch niet wat antwoorden? Vraag even of je prof de vraag wil herhalen of de vraag anders kan formuleren om jezelf wat extra tijd te geven. Probeer altijd iets te vertellen, zelfs al ben je niet zeker. Met wat geluk geeft je prof aan of je in de juiste richting zit of niet en kan je daarop verder bouwen. Fake it till you make it!
Ten slotte is niet alleen wat je zegt belangrijk, ook de manier waarop je dat doet speelt een rol. Verzorg je uiterlijk Ć©n lichaamstaal: zit rechtop, spreek luid en duidelijk en toon dat je zelfverzekerd bent (ook al is dat misschien niet het geval). En last bus not least, zorg dat je zeker je tanden hebt gepoetst. Niets zo lastig als nog choco die aan je mond hangt of een stinkende adem hebben.